bodypercussie

Ga op een leuke manier aan de slag met je lichaam en muziek. Hieronder vinden jullie het lesvoorbereidingsformulier van Kristel. Tijdens deze les gaan de kinderen aan de slag met bodypercussie. Ga jij deze leuke les ook gebruiken in jouw klas? 🙂

Omschrijving en situering van het lesonderwerp

De bodypercussie les valt binnen het leergebied muzische opvoeding. Vandaag worden de muzische domeinen muziek en drama aangehaald. De focus ligt op muziek. De leerlingen gaan ontdekken dat we met ons eigen lichaam ook muziek kunnen maken en zelfs natuurgeluiden kunnen nabootsen. Hiervoor is het heel belangrijk dat ze samenwerken en overleggen om tot één mooi geheel te komen.

Onderwerp: “Onweer in het bos”
Domeinen: Muziek en drama
Werkvorm: Bodypercussie en inleving
Bouwstenen: Muziek
Klank (samenklank & dynamiek)

Bouwstenen

  • Rol (inleving/improvisatie)

Bronnen:
Eindtermen: (www.onderwijsdoelen.be)

Introductie van de les (ongeveer 20 minuten)

Fase 1: INTRO (10’)

Doel:

  • De lln. luisteren naar de klanken van een onweer in het bos.
  • De lln. luisteren geboeid naar de jeugdervaring van de lkr.
  • De lln. beschrijven welke gevoelens ze hebben bij een onweer.

Inhoud:

  • Intro leerkracht
  • Bijlage 1: [Beeld + geluid onweer in het bos]
  • Wie heeft er in de zomer al eens goed geluisterd naar het geluid van onweer? Vind je dat mooi? Of ben je bang? (Vrije antwoorden van enkele lln.)
  • Wist je dat je lichaam een geweldig muziekinstrument is, zo goed dat je zelfs een onweer kan nabootsen? Je kan met op je lichaam tikken, wrijven, slaan, klappen met je handen, stampen met je voeten… We noemen dat bodypercussie.

Didactische werkvorm:

Opstelling: in een kring zitten of staan

Vorm: klassikaal

De lkr. creëert een sfeer van een onweersbui in het bos. De lln. zitten in een kring en vertellen aan elkaar hun ervaringen over onweersbuien.

Media

Fase 2: OPWARMING (10’)

Doel:

  • De lln. demonstreren klanken door middel van bodypercussie.

Inhoud:

  • Welke geluiden kunnen jullie bedenken op je eigen lichaam?
  • Probeer dat eens hard maar ook zacht, snel en traag. Dat noemen we de dynamiek.

Didactische werkvorm:

De lln. zitten in een kring. De lkr. toetst af welke klanken de kinderen zelf bedenken d.m.v. bodypercussie. De lln. produceren één per één een klank, als iedereen aan beurt is geweest, maken ze tot slot allemaal tegelijk hun eigen klank.

Aan de slag met bodypercussie (ongeveer 60 minuten)

Fase 3: VERKENNING (20’)

Doel:

  • De lln. benoemen de diverse geluiden van het bos en een onweer.
  • De lln. bootsen de klanken na van de opgesomde bos- en onweergeluiden.
  • De lln. beschrijven de reacties van plant en dier tijdens een onweersbui.
  • De lln. overleggen welke bodypercussiegeluiden het best passen bij de opgesomde klanken.

Inhoud:

  • Welke geluiden horen we in het bos? (Mogelijke antwoorden: vogels, uilen, koekoek, duiven, krekels)
  • Kan je dat geluid nabootsen? Wie kan dat? (Demonstratie door lln.)
  • Welke geluiden horen we in een onweer? (Mogelijke antwoorden: zachte regel, harde regen, scherpe donder, rollende donder, wind, …)
  • Hoe kunnen we die geluiden nabootsen? (Mogelijke antwoorden: handen wrijven, vingerknippen, slaan op bovenbenen, stampen….) (Demo door lln)
  • Wat zien we gebeuren in het bos met de planten, vogels en dieren in het bos tijdens een onweersbui? (Mogelijke antwoorden: de vogels stoppen met fluiten, dieren gaan schuilen, de bloemen sluiten hun blaadjes ter bescherming)

Didactische werkvorm:

Klassikaal. De leerkracht herhaalt dat de klas een onweersbui in het bos gaat nabootsen en dat ze zellf moeten uitzoeken welke klanken ze daarvoor nodig hebben. De leerkracht laat eerst de lln. de geluiden benoemen die ze kunnen horen in het bos en tijdens een onweersbui. De lln. denken ook na wat dieren en planten doen voor, tijdens en na een onweersbui. Die worden op het bord geschreven in 3 kolommen: “Bosgeluiden”, “onweergeluiden”, “. Vervolgens gaan de lln. opzoek naar welke bodypercussie geluiden het best overeenkomen met de eerder opgesomde geluiden van bos en onweer en hoe ze dieren en planten kunnen uitbeelden. Daarbij is overleg tussen de lln. op een respectvolle manier noodzakelijk.  De afspraken worden op het bord genoteerd en telkens gedemonstreerd door één of meerdere lln.

Media

  • (Digi)bord
  • BORDSCHEMA 1
 

 

BOSGELUIDEN

 

(mogelijke antwoorden)

 

-vogels -> fluiten

– uilen – > kommetje handen & erin blazen

– krekels-> mond tuiten en “tjsetjsetsje…” zeggen

-koekoek  ->  …

 

– duiven -> …

 

 

 

ONWEERGELUIDEN

 

(mogelijke antwoorden)

 

–       Zachte regen – > handen wrijven

–       Harde regen -> handen op bovenbeen slaan

–       Scherpe donder -> springen op een plank

–       Rollende donder -> springen in de lucht

–       Wind -> lippen tuiten en uitblazen

–      

 

 

WAT DOEN VOGELS/DIEREN/PLANTEN?

 

(mogelijke antwoorden)

 

–            Stoppen met fluiten

–            Dieren schuilen, rollen zich op

–            Bloemen gaan dicht- > armen van spreidstand samenbrengen, vingers sluiten

–            Takken waaien zacht/hard -> wiegende armen,

–            Boomstammen wiegen-> wiegende lichamen

–           

Fase 4: Uitdieping (20’)

Doel:

  • De lln. denken creatief in groep.
  • De lln. aanvaarden en spelen in op het idee van iemand anders.

Inhoud:

  • Welke lln. willen bosgeluiden nadoen voor & na de onweersbui? (+- 4lln)
  • Welke lln. willen uitbeelden wat bomen en dieren doen voor, tijdens en na een onweersbui? (+- 4lln)
  • De overige lln. gaan eerst nadenken in welke volgorde welke geluiden ze gaan maken? (+- 16 lln)

Didactische werkvorm

De klas wordt in groepen verdeeld. Elke groep gaat oefenen op zijn geluiden.

De lkr. benadrukt dat de lln. moeten rekening houden met het verloop van een onweer. De lkr. wijst erop dat de “hel” niet ineens moet losbarsten, maar dat zoiets aangroeid, een hoogtepunt bereikt en daarna terug afneemt. Dat is terug die “dynamiek” waarover we het hadden. De lkr. wijst er op dat ze goed moeten experimenteren met harde, zachte, snelle en trage geluiden, de klankkleuren.

Groep 1 (+-4 lln) experimenteert met – en oefent de Bosgeluiden. Ze moeten onderling afspreken om niet tegelijk hun geluid te maken. Ze kunnen voorzien in een herhalend ritme.

Groep 2(+- 16 lln.) oefent de onweergeluiden. Daarbij is het belangrijk dat ze onderling afspreken hoe het onweer verloopt. Indien nodig kan de lkr. aangeven dat het geluid van stil naar luid gaat en vervolgens terug naar stil . De lkr. kan aanreiken dat ze alle materialen uit de klas mogen gebruiken. Een lange plank ligt achteraan in de klas op de grond en mag gebuikt worden ( kleine hint van de juf).

Groep 3 (+- 4 lln.) De bedoeling van deze groep is dat ze via mime een situatie uitbeelden. Ze moeten improviseren over een situatie van onweer in het bos. Ze kunnen zelf iets verzinnen, of de juf reikt aan dat ze bijvoorbeeld in het bos aan het wandelen zijn en verrast worden door een onweer. Of ze leven zich in in de rol van boom , bloem of dier naar keuze. Ze denken na hoe ze dit het best kunnen uitbeelden voor, tijdens en na het onweer. Indien nodig kan de lkr. tips geven. De lkr. legt nog eens uit wat mime is.

Media

  • Grote plank of zweedse bank
  • Bordschema 2
 GROEP 1

 

BOSGELUIDEN

 

(mogelijke antwoorden)

-vogels -> fluiten

– uilen – > kommetje handen & erin blazen

– krekels-> mond tuiten en “tjsetjsetsje…” zeggen

-koekoek  ->  …

 

– duiven -> …

 

 Groep 2

 

ONWEERGELUIDEN

 

(mogelijke antwoorden)

–       Zachte regen – > handen wrijven

–       Harde regen -> handen op bovenbeen slaan

–       Scherpe donder -> springen op een plank

–       Rollende donder -> springen in de lucht

–       Wind -> lippen tuiten en uitblazen

–      

Groep 3

 

WAT DOEN VOGELS/DIEREN/PLANTEN?

 

(mogelijke antwoorden)

Voor onweer:

–          dieren springen vrolijk héén en weer

–          bomen staan stil

–          Bloemen staan open

–         

Tijdens onweer

–            Bloemen vouwen zich dicht

–            Takken waaien zacht/hard

–            Boomstammen wiegen -> armen gespreid in de lucht, zacht of hard zwaaien van links naar rechts…

–           

Na het onweer:

–          Takken ritselen

–          Bloemen vouwen zich open

–         

Fase 5: Eindopdracht (20’)

Doel:

  • De lln. overleggen op respectvolle manier met elkaar over de volgorde van uitvoering.
  • De lln. beleven plezier aan het werken naar een toonmoment.
  • De lln. zijn gemotiveerd om tot samenklank te komen.

Inhoud:

  • De drie groepen gaan nu samen werken.
  • Hoe verloopt een onweersbui? Overleg tussen alle groepen welke volgorde jullie gaan volgen. (Mogelijk antwoord: eerst wind, dan zachte druppels hier en daar. Daarna overal regen gevolgd door dikke druppels, aanzwellend. Plots een scherpe donderslag, gevolgd door nog meer harde regen. Vervolgens een rollende donderslag en afnemende regen (van hard naar zacht). Een laatste windvlaag en tenslotte de vogels die terug beginnen fluiten. De bloemetjes openen hun blaadjes…)
  • Overleg hoe de overgangen worden aangegeven.
  • Welke signalen gaan we hanteren.
  • Oefen om tot één mooi geheel van klank en mime te komen.

Didactische werkvorm

De lkr. legt uit dat de 3 groepen nu gaan moeten samen werken en afstemmen op elkaar. Er moet een samenklank komen en de mime moet de situatie goed uitdrukken. De lkr. laat het initiatief aan de lln. Alleen indien nodig stuurt de lkr. bij. Zo kan de lkr. vragen vanuit welke richting het geluid start. (vb van links naar rechts. In golvende beweging)

Omdat er te veel tijd dreigt verloren te gaan door organisatie, blijft de lkr. de “dirigent” om startsein te geven. De lln. geven wel aan welke signalen gehanteerd zullen worden door de dirigent.

Er wordt ook afgesproken dat Groep 2 in 2 rijen achter elkaar staan. Groep 3 kan zich vrij voor die rijen bewegen of positioneren. Groep 1 staat achter groep 2 verspreid.

Media

Houten plank of zweedse bank

SLOT 20’

Fase 6 Presentatie (15’)

Doel

  • De lln.voeren hun zelfontworpen onweer d.m.v. bodypercussie uit.
  • De lln.presenteren hun dramatische inleving in een onweersbui.
  • De lln. beleven plezier aan het toonmoment.

Inhoud

De 3 groepen presenteren hun bodypercussie samen.

Didactische werkvorm

De lln. staan opgesteld in 3 rijen (groep 2 en 1). De lln. van groep 3 zijn vooraan gepositioneerd. De lkr. dirigeert van links naar rechts. De lln. volgen de afgesproken volgorde van geluiden.

Na het toonmoment wordt geapplaudiseerd.

Media

Houten plank of zweedse bank

Fase 7 Bespreking (5’)

Doel

De lln. geven hun mening over het verloop van de bodypercussion activiteit.

Inhoud

Nabespreking na de les:

  • Hoe verliep het samenwerken?
  • Wat ging gemakkelijk, wat moeilijker?
  • Wat heb je geleerd?

Didactische werkvorm

De lln. bespreken klassikaal hun ervaring. Als er tijd over is kan gekeken worden naar het filmpje waarop de les gebaseerd is.

Media

Digibord

Perpetuum Jazzile – Africa (https://www.youtube.com/watch?v=yjbpwlqp5Qw (05/05/2020)

Leerdoelen:

MV ET 2.1: De leerlingen kunnen muziek beluisteren en ervaren, muzikale impressies opdoen uit de geluidsomgeving met aandacht voor enkele kenmerken van de muziek: klankeigenschap; functie/gebruikssituatie.

MV ET 2.2: De leerlingen kunnen improviseren en experimenteren, klankbronnen en muziekinstrumenten uittesten op hun klankwaarde en in een muzikaal (samen)spel daarvan gebruik maken.

MV ET 2.4: De leerlingen kunnen genieten van zingen en musiceren en gebruiken dit als impuls voor nieuwe muzikale spelideeën of andere aanverwante expressiewijzen.

MV ET 4.4: De leerlingen kunnen bewegen op een creatieve manier en daarbij één of meerdere basiselementen van de beweging bespelen: tijd; kracht; ruimte; lichaamsmogelijkheden.

Leerplan: (https://schoolweb.ovsg.be)

Muzische grondhouding

MUgr2 Durven fantaseren en verbeelden.

Plezier beleven aan het bewust aanspreken van de verbeeldingskracht – durven afstappen van het gewone, van het gebruikelijke en verbeelding durven inzetten in de vormgeving.

Muzische geletterdheid

MUge2 De muzische bouwstenen beleven, herkennen, onderzoeken en hanteren.

  • (Klankkleur)Bewust beleven, herkennen, uitvoeren en creatief gebruik maken van: klankeigenschappen: omgevingsgeluiden en klankdecors, klankkleur van instrumentengroepen, klankkleur van frequent voorkomende instrumenten muzikale tegenstellingen: verschillen en gelijkenissen: voorgrond – achtergrond, deel – geheel, verhoudingen in samenspel.
  • (Dynamiek)Bewust beleven, herkennen, uitvoeren van: de dynamiek in een contrastrijk muziekstuk nuances in klank en toonsterkte bij het zingen van een lied en het bespelen van een instrument grafische symbolen die dynamiek van een muziekstuk weergeven.
  • (Samenklank) Bewust beleven, herkennen, beschrijven van en deelnemen aan:
    • samen zingen en spelen in groep (wisselzang, echo zingen …).

Muzische vaardigheid

MUva1 Tot kwaliteitsvol muzisch samenspel komen.

  • De eigen inbreng flexibel afstemmen op die van anderen, elkaar ondersteunen en zo tot kwaliteitsvol samenspel komen in een muzische opdracht.

MUva2Gericht beschouwen van beelden, muziek, dans en drama met oog voor de muzische bouwstenen, werkvormen en vormgevingsmiddelen.

  • Geconcentreerd op onderzoek gaan en onder begeleiding het waarnemingsvermogen versterken – kenmerken en eigenheid van een (kunst)werk (bouwsteen, werkvorm, vormgevingsmiddelen) opsporen en met eigen woorden nauwkeurig beschrijven.

MUva3De technische en expressieve vaardigheden die nodig zijn om zich muzisch uit te drukken in beeld, muziek, dans en drama verfijnen.

  • (Drama – nonverbaal drama) Experimenteren met het beschrijven van een personage of situatie die anderen uitbeelden – oefenen op het spelen en improviseren van een non-verbale scène door expressief gebruik van het lichaam en mimiek

Handboek (zie APA-normen):

Crul. K. (2017). Zeppelin. Didactiek voor muzische vorming. Kalmthout, België: Pelckmans Uitgeverij nv.

Bijlagen (ingevulde werkbladen, ook extra werkbladen met meer uitdagende oefeningen, aangepaste instructie, tip-kaarten, stappenplannen, bordschema’s …):

Bouwstenen muzisch domein Muziek

Klank: Samenklank & dynamiek

Bouwstenen muzisch domein Drama

Rol: inleving

Bodypercussie in jouw klas

Ontzettend leuk dat Kristel haar lesvoorbereidingsformulier met ons heeft gedeeld. Nu is het tijd voor jullie om ook met bodypercussie aan de slag te gaan! Heb jij de stappen in het lesvoorbereidingsformulier precies gevolgd? Of heb jij deze les ter inspiratie gebruikt? Wij zijn erg benieuwd naar jouw ervaringen. Dit kan je doen door hieronder een reactie achter te laten.

Heb jij zelf een leuke les die je graag wilt delen? Upload dan eenvoudig jouw lesidee of lesvoorbereidingsformulier.

Kristel
Enthousiaste leerkracht in opleiding

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Geverifieerd door MonsterInsights