Specerijen VOC

De hoofdvesting in Azië

De hoofdvesting van de Verenigde Oost-Indische Compagnie was Batavia. Batavia ligt heel centraal in Azië op het eiland Java. Uit alle hoeken van Azië kwamen producten en de schepen van de VOC verzamelden al deze producten in Batavia. De spiegelretourschepen kregen alle het verzamelden goederen weer aan boord in Batavia en nam dit mee terug naar Nederland.

Op de kaart hieronder is te zien naar welke landen de VOC voer en handelde vanuit Batavia en welke producten zij daar ophaalden.

Handel naar Batavia vanuit Azië
Handel naar Batavia vanuit Azië.

Specerijen

De handel in specerijen was voor de VOC het belangrijkste, want het leverde hun veel geld op. Specerijen zijn plantaardige producten en worden ook wel kruiden genoemd. In Azië komen veel verschillende soorten specerijen voor en deze werden ook door de VOC verhandeld, zoals kurkuma en kardemom uit India, gember uit Siam en steranijs uit China.
De belangrijkste specerijen waren voor de VOC: peper, kaneel, kruidnagel, foelie en nootmuskaat. Deze exotische kruiden leverde in Europa veel geld op.

Specerijen VOC
Nootmuskaat, kaneel, kruidnagel en peper.

Toen Europeanen de specerijen uit Azië net hadden ontdekt, werden de specerijen veel gebruikt als medicijn. Zo hielp kaneel tegen aandoeningen van de luchtwegen, maar hielp het ook tegen ontstoken tandvlees. Foelie en nootmuskaat hielpen tegen maagklachten, diarree en andere problemen met ingewanden. En peper was een effectief niesmiddel om de hersenen te zuiveren.

Maar naast geneesmiddel werden kruiden ook gebruikt in de keuken. De rijkere mensen zochten manieren om zich te onderscheiden door de kruiden in prachtig specerijenservies te bewaren. Op tafel kwam vaak een fraaie kruidendoos, een zilveren muskaatrasp of strooilepel voor kaneel te liggen.

In Frankrijk zochten rijken burgers een andere manier om zich te onderscheiden met de specerijen. Het ging bij hun namelijk niet meer om de fijne smaak van de kruiden, maar er moesten zoveel mogelijk kruiden gebruikt worden. En ook de Nederlandse kookboeken van die tijd adviseerden veel gebruik van specerijen. Om "eend met kool te stooven" had men in ieder geval "een heele foelie, gekneusde peper en fijngewreven coriander" nodig.

De komst van thee

Naast de specerijen kwamen de Europeanen ook in aanraking met een ander nieuw product, namelijk: Thee. Thee werd in China en Japan al veel gedronken en volgens de reizigers van de VOC zou thee de gezondheid van de mens verbeteren. In China en Japan kwamen namelijk bepaalde Nederlandse ziektes niet voor en dit zou door de thee komen.

Thee werd steeds populairder en werd eerst veel gedronken door rijke burgers ook wel elite genoemd. De rijke burgers maakten een heel theeritueel, waarbij een kostbare theetafel, zilveren theebussen en prachtige theeserviezen onmisbaar waren. De thee werd vooral binnen gedronken en dit zorgde ervoor dat theedrinken een sociale betekenis had. De theetafel ging als ontmoetingspunt fungeren.

Later werd thee ook door het gewone volk gedronken. Thee werd een volksdrank die op straat en aan de keukentafel kon drinken.

Andere handelsproducten

Naast de specerijen en thee waren er nog meer handelsproducten voor de VOC, namelijk:

 

Rijst, een handelsproduct voor de VOC

Rijst was vooral afkomstig vanaf de Molukken.

Opium handelsproduct voor de VOC

Opium afkomstig van de Bengalen.

Koffie een handelsproduct voor de VOC.

Koffie kwam voornamelijk uit Jemen.

 

Suikerriet een handelsproduct voor de VOC

Suikerriet (suiker) kwam vooral van de Bengalen, Formosa en Batavia.

Goud en zilver een handelsproduct voor de VOC

Goud en zilver. Vooral Japan was belangrijk voor deze producten.

Porselein een handelsproduct voor de VOC

Porselein was vooral afkomstig uit China en Japan.

Tin een handelsproduct voor de VOC.

Tin werd veelal gebruikt om de theebestellingen in China mee te betalen.

Koper een handelsproduct voor de VOC

Koper werd vooral gebruikt om mee te betalen. Japans koper werd in India gebruikt om te betalen.

Zijde was een handelsproduct voor de VOC.

Zijde. De belangrijkste zijde producerende gebieden waren China, Perzië en Bengalen.

Effen kleding een handelsproduct voor de VOC.

Effen kleding was vooral afkomstig uit India.

Olifanten een handelsproduct voor de VOC.

Olifanten werden vooral in India gebruikt als luxe rijdieren. Maar ze werden ook ingezet tijdens oorlogen.

Gedecoreerde kleden een handelsproduct voor de VOC.

Versierde doeken werden zowel in Coromandel en Suratte als in Bengalen geproduceerd.

Bronnen:

  • Akveld, L., & Jacobs, E. (2002). De kleurrijke wereld van de VOC. Bussum, Nederland: THOTH.
  • VOC kenniscentrum. (z.j.). Belangrijkste handelsproducten. Geraadpleegd op 17 december 2017, van http://www.voc-kenniscentrum.nl/producten.html
Geverifieerd door MonsterInsights